Buitenbeen, elders leven en werken

zaterdag, november 18, 2006

Ze lacht

Haar vriend gaat drank halen.
Ze lacht me toe. Ik lach terug.
Ze zegt goeiedag. Ik zeg goeiedag terug.
Ze vraagt me wat er aan de hand is met mijn gezicht. Mijn glimlach verdwijnt en ik breng mijn handen naar mijn gezicht om te voelen wat verkeerd zou kunnen zijn.
Ze ziet dat ik het niet begrijp. Ik begrijp het niet.
Ze zegt dat mijn huidskleur zo rood is. Ik haal opgelucht adem en vertel haar dat het door de hitte van de kookplaat komt.
Ze lacht me toe. Ik lach terug.
Haar vriend heeft drank gehaald.